img Het ivoren aapje  /  Chapter 7 No.7 | 26.92%
Download App
Reading History

Chapter 7 No.7

Word Count: 3932    |    Released on: 06/12/2017

u Bessy aa

rd. Pac?me, die er van hield dat men hem voor een fijn-zinnelijk artist zoude aanzien, had het op alle plaatsen met een hoop lieve boudoir-dingetjes bezet-ivoren b

het onderwerp. Hij was te verstandig om dit niet op te merken en hij schikte zich zeer gewillig daarin. Zijn doel was: rijk te worden. Het genre van zijne schilderijen, hetwelk de koopbaarheid ervan vermeerderde, zou ni

t een eind met dat doek. Daar lig ik nu meer dan drie weken over te zweeten en

puntige kin, in de stille ruimte. Henri?tte, een blond model, stond halfnaakt op een lage tafel. Hare handen waren om haar nek saamgebracht, ze neeg even haar hoofd en haar

s hare vorige houding, onbeweeglijk en eenderlijk. Een kleine adem van de l

ld uit geworden, en dat ligt aan u. Ik kan uw beenen toch in mijn handen niet houden en

oosjes besneden, en versierd, op de cijferplaat, met oranje en zwarte sterrenbeelden rond een rotsroo

op d?ner zijn .... Apropos, hoe

De oude is we

pe van den kleinen adel, en zijn neef is tameli

tje spoe

is geheel verkeerd geworden. B

am onver

u, en denk daaraan: de neef en

akje onderwijl.

hebben ook! Geduld, dat is pati?ntie, mijn kind,

n lang-kroezelend haar recht in zijn vouwen schikte langs een platte middelstreep. Hij bood Henri?tte een sigar

n uit, waarlangs zeer zacht het oude goud van schilderijlijsten streelen kwam. Een zich uitrekkend plaasterbeeld van de Victoria van Samothrace bleekte in doezeling van blauw-wit en licht-mauve op, vlak tegen de zware gloeiing van een purperen portière. Vooraan was het sombere speelbankje met de paarse fluweelen deken. Het kastanjebruin

spinnekobben, langzaam erover vingerden, de kaarten. Zijn beenderig hoofd, ge

sprake zijn van du Bessy over boord te gooien.

en kerel no

l, is u vandaag overvallen-er is geen rech

woorden lagen nevenseen op een gelijke rote van klan

f, spr

et paarse speeldoek. Een groene sma

en geluk,

te in de oogen. Zijn blik was oolijk en grijs. E

enschen. Het is een tooverwoord, waarmede zij de oor

. een klei

vreemde benamingen. Zoo zijn daar het geluk en zijn tegenvoeter het ongeluk; zoo zijn daar het noodlot, de voorzienigheid, het toeval en meer andere, alle afgoden der menschen

viel. Het duurde nu al jaren, van hare eerste vrijagie af. Overal teleurgesteld. Ze had kunnen eene eerlijke vrouw worden, mijnheer! Maar 't werkte alles tegen: de officier, die haar hebben moest, stierf; de geneesheer, di

me; en dat malle ding du Bessy, van wien ik in mijne armoede eenige verzachting zou m

k van Lu

nachts plagen. Ze schrijft me leelijke briefjes. Ze dreigt en ze verw

k zoo aanbad, dan zou geen heks of geen zuster ter wereld u uit mekaar kunnen houden. Maar gijlie hebt, godorie! geen wil, gijlie zijt melkpap, gi

woorden voorleggen, elk schoon op zijn beurt, nevenseen, kalm

ur. Hij communiceerde met Pac?me's huis, dat vooraan in den tuin stond, tegen de Defrélaan, en werd ge

dingen zei. Hij verklaarde dat hij den Goden dankbaar was voor de aangename verrassing, welke hem hier te beurt viel, en kuste de handen van Henri?tte binstdien. Hij wierp z

zwart én een laagje geurig poeier, versch door den kapper aangezet, streelde als ee

ik u niet in zulk heerlijk gezelschap zou treffen.

lof vroeg om gauw zijn rok aan te trekken. Mijnheer Pac?me, die met een schrandere behendigheid de ijdelheid der menschen aan zijne eigen ijdelheid meten kon, ging met mijnheer du Bessy op een voet van groote h

lkomen stilte, die nu de zwoele lucht van het atelier belaadde. Dan trad hij

tte! He

ke vlechten opeengewonden haast op hare mooie schouders. Hij zag haar knie schoonvormig glanzen door de plooien van haar zijden peplum. Ze keek niet op inderdaad.

de ruimte alom, en de zonnelap had zich lang uitgerokken over het tapijt, overteemst met een licht-violette schaduw. Toen neeg mijnheer du Bessy over Henri?tte, en de slimme geur, die om haa

zij 't al een heelen tijd in haar binnenste gevoeld had dat hij komen zou. Ze had dezen morgen een bult gezien op de Graanmarkt en, rond den middag, een bruinen pa

t atelier rond en was tameli

kamertje dat achter een groot Sineesch lichtscherm was ingericht, zich aankleeden. Mijnheer du Bessy had inmiddels een en ander over kuns

is een hoofd), en vlak daaronder een grooter rondeken (dit is een lijf), en twee stokjes bovenaan (dit zijn armen), en nog twee wat lager (dit zijn beenen), en hij toont u: dit is een mensch. Gij zult het niet ontkennen, want het is tastelijk de waarheid en in zichtbare vormen een mensch. Aldus heeft die man het beeld mensch, dat in zijn kop zit, uitge

re gestalte donkerde op in de uiterste klaarte van den avond.

de aan de schoonheid. Hij zal zonder zorgen zijn, vermits hij niets mededeelt. Hij maakt het beeld ter wille van het genot, dat voor hem in de verwezenli

ren dat genot medevoel

egt gij? Maar, mijnheer Pac?me, dit genot ligt niet in het zien, in het tasten van het verwezenlijkt beeld, het ligt juist in de verwezenlijking van het beeld! Het ligt geheel i

m naar het Sineesche lichtscherm, waarnaast, in

heeft, waarnaar het volbrachte kunstwerk leiden moet-dat haar eenig doel het volbrachte kunstwerk zelf is. Zoodat een kunstenaar, die zijn werk aan het publiek opdraa

de tram nemen en hun best doen om bijtijds nog op mevrouw Verlat's d?ner te zijn. Zij namen afscheid vóor het hek van den tuin. Henri?t

en groote witte pluim, die licht ommewuifde en onrustig onder h

. Zij hield niet van dat soort openbare uitstallingen. Zij wilde liefst in kleinen kring leven, innig rond den huiselijken haard, en verschoond blijven van a

besloten dat Vere alleen de beste vriende

met Indisch goed versierd, en achteraan, de rookplaats. Toen mijnheer du Bessy met mijnheer Florjan Pac?me zijn intrede deed, waren daar reeds pastoor Doening en Simon Peter aan den praat. Mevrouw

og, zich uitstrekkend, over de klare tafel, waar het felle kandelaberlicht met verschillig getintel blikkerde langs de borden, de roemers en het uitstralend zilverwerk. Ze kwam seffens Oomk

t gele licht te pinkoogen. Onder den kroonluchter bleef hij beteuterd staan. Zijn bolle wangen glansden. De bleeke krullekens, welke als een doo

perden over de zijde van Vere's kleed, vol ongemak en bewondering. Ze nam zijn hoed uit zijne handen en klopte vriendelijk

alden. Juffrouw Francine bracht hem een glaasje wijn en hij beefde, terwijl hij dronk. Hij dacht er niet aan te spreken; hij hield

Maar hij lonkte en glimlachte en zei dat alles goed was, alles lekkertjes-goed was, en zijne

ns! .... en z

niet recht goed. Hij keek naar het tipje van zijn frak. Hij had een frak te huur gehaald en hij von

ij was bijzonder in zijn humeur en had alweer wat aardigs te vertellen omtrent de politische gebeurtenissen.

rij man, gij zijt een willoos alaam van God, gij zijt een ondergeschikt tuig van Gods inzichten. God is uw wil, God wil u goed, gij wilt over allen de heerschappij van uw God. Dit stelsel is uitstekend voor jonge volkeren en kan Jong-Amerika bijvoorbeeld tot grootsche daden aanzetten. Maar wij zijn oud en door de wellusten der wetenschap bedorven. Vergeet dat niet: wij gelooven in niets, wij willen beproeven en ervaren. De systematische kunde van den geest heeft van ons de heete geestdrift verwijderd. Het geloof is bij ons een teeken van onwetendheid. Wij vermogen niet meer de som

ulden gloeiing van den wijn. Oolijk blikkerden zijne vinnige oogjes, en er viel een korte stilte, waarbinst men juffrouw Francine een klapje hoorde slaan op de

r de oude Ko, in zwarte livrei, kwam in het deurgat staan en meldde met gebroken stem mijnheer Rupert S?rge aan. De naam viel jui

jn fijn blauw-zwarte snor. Hij trad met Ernest Verlat op, groette rap en licht het geheele gezelschap en kwam buigen vóor de dam

p met een versch onderwerp, dat hem sinds een paar minuten op het hart lag. De bloemtuil van juffrouw Fra

Download App
icon APP STORE
icon GOOGLE PLAY