Oudheid en Middeleeuwen by A. Nuiver
Oudheid en Middeleeuwen by A. Nuiver
Gaat eens voor een oogenblik heel, heel ver met mij in den tijd terug. Zoo'n 4000 à 5000 jaren ongeveer; 't komt niet op een honderd jaar aan. Laat uwe verbeelding nu nog eene koene vlucht nemen over de Middellandsche zee naar den Noordoostelijken hoek van Afrika, en we zijn waar we wezen willen n.l. in Aegypte. Een wonderlijk schouwspel vertoont zich aan ons oog. We zien geen land maar eene groote zee, waarboven zich talrijke steden, dorpen en alleenstaande gebouwen verheffen.
We zijn al dadelijk geneigd, 't land en voornamelijk de inwoners te beklagen, die zooveel van 't water hebben te lijden. Ons medelijden is echter misplaatst. Wat wij een ramp achten, wordt hier als een zegen beschouwd en met verlangen tegemoet gezien. Dit wordt ons duidelijk, wanneer we slechts geduld hebben. Zie, 't water zakt, wel langzaam maar toch merkbaar. Steeds meer land wordt er zichtbaar en eindelijk ontwaren wij een uitgestrekt dal, waardoor eene breede en majestueuse rivier hare wateren stuwt, met tal van steden en dorpen aan hare oevers.
Eene dikke laag slib heeft de rivier overal, waar zij buiten hare oevers is getreden, achtergelaten. Daarin wordt nu het zaaizaad geworpen, en in ongelooflijk korten tijd zien we het ontkiemen, tot rijpheid komen en een oogst leveren, waarvan we in onze streken geen denkbeeld hebben.
't Behoeft ons dus niet te verwonderen, dat de Aegyptenaren den zegenbrengenden Nijl (zoo heet de rivier), als het beeld der vruchtbaarheid, goddelijke eer bewijzen!
Nu zijn we ook in staat volk en land beter te kunnen waarnemen, en we merken dadelijk, dat beiden al even merkwaardig zijn. 't Volk moet het in kunsten en wetenschappen al vrij ver gebracht hebben. Dat getuigen de dijken en kanalen, aangelegd en gegraven om van de vruchtbaarmakende overstrooming, die jaarlijks van 't einde van Juli tot het laatst van October duurt, zooveel mogelijk partij te trekken.
Dat zeggen ons de prachtige en groote steden als Memphis en Thebe, dat ook de menigte groote gebouwen en beeldhouwwerken, dat de uitmuntende wijze, waarop het land bebouwd wordt. Onder de bouwwerken vallen ons dadelijk steenbrokken in 't oog, die den vorm hebben van eene kolossale vierzijdige pyramide. Maar wat een gevaarte! De dom van Straatsburg met toren en al, benevens nog eenige kleine kerken, zouden er met gemak in geborgen kunnen worden.
Aan die groote dáár hebben dan ook 100,000 menschen niet minder dan 40 jaren lang gearbeid. Waartoe ze dienen die geweldige steenmassa's? Ja, ge zoudt het misschien niet willen gelooven en toch is het zoo-tot begraafplaatsen voor de koningen. 't Is trouwens alles kolossaal, wat we hier zien. Kolossaal zijn de tempels, die zalen hebben, waarin eene vrij groote kerk met gemak zoude geplaatst kunnen worden. Kolossaal zijn de paleizen, waaronder één (het Labyrinth) niet minder dan 3000 zalen heeft. Kolossaal zijn de obelisken, hooge, slanke, vierzijdige zuilen van boven spits toeloopende, meest uit een stuk graniet gehouwen. Kolossaal zijn de sphinxen, steenen beelden, het lichaam van een' leeuw met het hoofd eener vrouw voorstellende.
Op al die bouwwerken bemerken wij eene menigte zonderlinge figuren. Dat is het schrift der Aegyptenaren; het bestaat niet uit letters maar uit teekens. 't Is ons onmogelijk dit hi?roglypenschrift (zoo heet het) te ontcijferen. Knappe menschen is het echter na zeer veel inspanning gelukt, en nu zij ons daardoor veel merkwaardigs over de zeden en gewoonten, over den godsdienst en de geschiedenis der Aegyptenaars kunnen mededeelen, willen wij onze denkbeeldige reis staken en liever van hen vernemen, wat zij al door dat schrift en door de verhalen der Grieksche schrijvers zijn gewaar geworden.
De oude Aegyptenaren waren een ernstig, godsdienstig volk, slaafs onderdanig aan hun' koning of Pharao (zoon der zon), dien zij bijna als een god vereerden. 't Volk was in kasten verdeeld, waaronder de priesterkaste de voornaamste was. Deze laatste bevatte niet alleen die lieden, welke den godsdienst regelden, maar ook de geneesheeren, de sterrenwichelaars, de bouwmeesters, kortom, alles wat maar geleerd mocht heeten. Naast deze was de aanzienlijkste kaste die der krijgslieden. Uit deze werd de koning gekozen, maar bij de aanvaarding zijner regeering moest hij ook in de priesterkaste worden opgenomen. Overigens had men nog de kaste der landbouwers, die der kooplieden, der schippers en der herders; de laagste en meest verachte was die der zwijnenhoeders. Dit kastenstelsel belemmerde alle vrije ontwikkeling, daar de zoon in de kaste zijns vaders moest blijven.
De godsdienst speelde bij de oude Aegyptenaren eene groote rol. Daaraan was al hun denken en werken gewijd. De Aegyptenaren hadden een' natuurgodsdienst. Zij vereerden de weldoende krachten der natuur, het vuur, het licht, het water, de zon, den hemel enz. Deze alle stelden zij in den vorm van personen of dieren voor, welke in verschillende streken des lands ook verschillende namen droegen. Vele dieren werden door de Aegyptenaren als heilig beschouwd. Daartoe behoorde in de eerste plaats de stier Apis, die geheel zwart moest zijn, behalve eene witte plek van bepaalden vorm op den rug. Zulk een beest genoot eene buitengewone vereering: algemeene rouw gedurende 70 dagen, wanneer hij stierf; algemeene vreugdefeesten, wanneer men zoo gelukkig was weder zulk een zeldzaam exemplaar machtig te worden. Ook de ibis, de hond, de kat, ja zelfs de hoogst gevaarlijke krokodil werden voor heilig gehouden en als godheden vereerd. Wee dengene, die het waagde, een dezer dieren te dooden of te beleedigen. Bijzonder veel zorg wijdden de Aegyptenaars aan hunne dooden. Zij begroeven ze niet, zooals wij onze lijken doen, maar balsemden ze, en dat zóó kunstig, dat ze honderden, ja duizenden jaren bewaard konden blijven, voor ze tot verrotting overgingen. Zoo heeft men in verschillende museums van oudheden nog goed bewaarde mummi?n der Aegyptenaren. Waren de lijken gebalsemd, dan werden ze in steenen kisten gelegd en in de onderaardsche gangen der doodenstad bijgezet. Eens (zoo meenden de Aegyptenaren) zou de ziel, na in verschillende dieren gehuisd te hebben, zijn voormalig stoffelijk hulsel weder betrekken. Vandaar die buitengewone zorg. De koningen kregen als heel bijzondere wezens, ook bijzondere begraafplaatsen. Eene dikwijls 600 tot 700 voet hooge pyramide diende hun tot grafzerk. Toch was het niet iedereen gegund, eene plechtige begrafenis te erlangen. Wanneer iemand stierf, kwamen de doodenrechters te zamen en hielden gericht over den doode. Was er nu meer goeds dan kwaads van den gestorvene te zeggen, dan werd hem eene eervolle begrafenis toegekend, zoo niet, dan werd die geweigerd. En hiervan was niemand uitgesloten-zelfs de koning niet.
Langen tijd was dit merkwaardig land bijna ontoegankelijk voor vreemdelingen, totdat een zeker koning, Psammetichus, zijn rijk voor de Grieken openzette.
We willen ons niet verdiepen in de dikwijls vrij wat fabelachtige en onzekere geschiedenis van Aegypte. Alleen stippen we aan, dat het rijk, na een zeer langdurig bestaan, waarin het dan eens tot groote macht kwam, dan weer de prooi van roofzuchtige horden werd, eerst een deel werd van het Perzische rijk, daarna veroverd werd door Alexander den Grooten en eindelijk in de macht kwam van de Romeinen.
* * *
Lyric had spent her life being hated. Bullied for her scarred face and hated by everyone-including her own mate-she was always told she was ugly. Her mate only kept her around to gain territory, and the moment he got what he wanted, he rejected her, leaving her broken and alone. Then, she met him. The first man to call her beautiful. The first man to show her what it felt like to be loved. It was only one night, but it changed everything. For Lyric, he was a saint, a savior. For him, she was the only woman that had ever made him cum in bed-a problem he had been battling for years. Lyric thought her life would finally be different, but like everyone else in her life, he lied. And when she found out who he really was, she realized he wasn't just dangerous-he was the kind of man you don't escape from. Lyric wanted to run. She wanted freedom. But she desired to navigate her way and take back her respect, to rise above the ashes. Eventually, she was forced into a dark world she didn't wish to get involved with.
In the eighteen years of her life, Brianna had endured relentless abuse from her family, living in constant fear. One fateful day, two dignified figures approached her and revealed a shocking truth: she was their long-lost daughter, heiress to the wealthiest family in the city-the Owens. Desperate for love and acceptance, Brianna hoped to escape her past. Instead, she fell victim to Cassie, a cunning impostor who manipulated their parents against her while feigning distress. Rather than forging a connection with her real family, Brianna found herself betrayed and isolated. When a car accident left Brianna in a vegetative state, she found herself able to listen to everything around her, though unable to respond. Bitterly, she realized her parents didn't care for her; they visited just once. A month later, Cassie visited, disconnecting the ventilator before leaning in to whisper coldly, "Goodbye, my dear sister. You shouldn't have come back. You are meant for that despicable, wretched family." Somehow, fate granted Brianna a second chance. Reborn and fueled by rage, she vowed to make everyone who had wronged her pay dearly. This time, she would seize the life that had been stolen from her.
Rachel used to think that her devotion would win Brian over one day, but she was proven wrong when his true love returned. Rachel had endured it all-from standing alone at the altar to dragging herself to the hospital for an emergency treatment. Everyone thought she was crazy to give up so much of herself for someone who didn't return her feelings. But when Brian received news of Rachel's terminal illness and realized she didn't have long to live, he completely broke down. "I forbid you to die!" Rachel just smiled. She no longer needed him. "I will finally be free."
For three years, Natalie gave everything to be the perfect wife and mother, believing her love and effort could finally earn her a place in their hearts. Yet her sacrifices were met with betrayal from her husband and cold rejection from her son. In their eyes, she was nothing but a manipulator, using vulnerability to get her way. Her husband turned his back, her son misunderstood her, and she never truly belonged. Heartbroken yet determined, Natalie left her old life behind. When her family finally begged for a second chance, she looked at them and said, "It's too late."
Luna has tried her best to make her forced marriage to Xen work for the sake of their child. But with Riley and Sophia- Xen's ex-girlfriend and her son in the picture. She fights a losing battle. Ollie, Xen's son is neglected by his father for a very long time and he is also suffering from a mysterious sickness that's draining his life force. When his last wish to have his dad come to his 5th birthday party is dashed by his failure to show up, Ollie dies in an accident after seeing his father celebrate Riley's birthday with Sophia and it's displayed on the big advertising boards that fill the city. Ollie dies and Luna follows after, unable to bear the grief, dying in her mate's hands cursing him and begging for a second chance to save her son. Luna gets the opportunity and is woken up in the past, exactly one year to the day Sophia and Riley show up. But this time around, Luna is willing to get rid of everyone and anyone even her mate if he steps in her way to save her son.
Rumors said that Lucas married an unattractive woman with no background. In the three years they were together, he remained cold and distant to Belinda, who endured in silence. Her love for him forced her to sacrifice her self-worth and her dreams. When Lucas' true love reappeared, Belinda realized that their marriage was a sham from the start, a ploy to save another woman's life. She signed the divorce papers and left. Three years later, Belinda returned as a surgical prodigy and a maestro of the piano. Lost in regret, Lucas chased her in the rain and held her tightly. "You are mine, Belinda."
© 2018-now CHANGDU (HK) TECHNOLOGY LIMITED
6/F MANULIFE PLACE 348 KWUN TONG ROAD KL
TOP
GOOGLE PLAY